Blog Layout

Chris Develing • jun. 28, 2023

Christelijke rapmuziek: zegen in een goddeloze cultuur

"Het kan de jongeren op een laagdrempelige manier aansporen tot het heroverwegen van hun levenswandel."

Mijn tienerjaren speelden zich geheel af in de jaren ‘90. Begin januari 1990 werd ik een tiener en op dezelfde datum in het jaar 2000 verliet ik de ingewikkelde leeftijdsgroep. Het was een lastige tijd, omdat ik niet wist hoe ik me staande moest houden in een -toen al relatief snelle- maatschappij waarin weinig ruimte bestond voor bezinning. Zoals zoveel mensen vond ik in de muziek enige houvast. Mijn eerste liefde als jochie van tien was de rockmuziek, maar die werd al snel opzij geduwd door de tijdgeest. R ’n B en rapmuziek eisten een belangrijke plek in mijn jonge leven. Maar het is zelden van positieve invloed geweest.


Negatieve invloed


Halfnaakte vrouwen waren een standaard ingrediënt in iedere videoclip. Dat is in de loop der jaren alleen maar versterkt. De teksten waren al niet veel beter. Vrouwen werden door rappers neergezet als lustobjecten en de jongedames zelf leken dat alleen maar te omarmen als je naar hun zangteksten luisterde. Als jonge kerel denk je al snel dat het op die manier werkt in de wereld. Gelukkig hebben veel jongeren vaders en moeders die de balans kunnen bewaken maar die luxe had ik niet.


Eminem werd, natuurlijk, mijn grote idool. Een witte rapper die eigenlijk betere teksten schreef dan de meeste zwarte rappers (tegenwoordig geven de grote zwarte rappers dat ook toe, dus ik mag het zeggen). Eminem was komisch, schreef niet over de lichamen van vrouwen dus het was ook nog eens verfrissend om zijn Cd’s te luisteren. Toch was hij geen positieve invloed op me. Ja, ik genoot van zijn lyrische vermogens en dat motiveerde me om zelf te gaan schrijven. Maar de inhoud van zijn teksten bleek achteraf gezien troep.


Destijds waren er al wel geluiden uit conservatieve Amerikaanse hoek, die schande spraken van sommige van zijn teksten. Hij schreef over het vermoorden van de moeder van zijn kind en over het ontvoeren van mensen. Maar hij deed het meestal op zo’n absurdistische wijze dat het duidelijk een grap moest zijn. Maar toch, al dat negativisme en de afstandelijkheid richting de samenleving beginnen toch aan je te kleven, vooral als je zo jong bent. In die tijd vond ik al weinig redenen om vrouwen te respecteren, maar met de “adviezen” van Eminem en veel andere rappers op zak was er geen haar meer op mijn hoofd die de vrouw overwoog als het gelijkwaardige andere geslacht. Ook zat er veel woede in de teksten van Eminem, over andere rappers die vooral dood moesten vallen of zijn eigen moeder die hem slecht zou hebben behandeld. Het resoneerde enorm bij een worstelende tiener zonder al te veel perspectief.


Bekering


Na mijn bekering tot het christelijk geloof begon ik de effecten van dit soort muziek pas in te zien. Mijn vrouwbeeld moest drastisch worden bijgesteld. Daarvoor was meer nodig dan alleen het afzweren van rapmuziek, maar het had er wel degelijk mee te maken. Ik snapte ook veel beter hoe vrouwen altijd als lustobject aan mij werden gepresenteerd, met name in muziekvideo’s van rapartiesten. Drugs werd afgedaan als iets moois, waar je zelfs geld mee kunt verdienen en conflicten los je op met geweld, aldus de levenshouding van veel beroemde rappers.


Hoewel ik steeds meer moeite kreeg met de teksten en beelden van deze stroming, had ik geen moeite met de muzikale aspecten. Voor sommige christenen is ook daarin veel negativisme te vinden, vanwege de zware bas en de opzwepende ritmes. Die zorgen heb ik zelf juist meer omtrent traditionele volksmuziek uit bepaalde landen, zoals Turkije of delen van Afrika. Die klanken zijn -van oudsher- bedoeld om in een soort trance te raken.


Het is aan christelijke rapmuziek te danken dat het genre in mijn leven kon blijven. Wel de beats, maar de vunzigheid en agressie zijn vervangen door teksten van dankbaarheid richting God en het aankaarten van maatschappelijke problemen vanuit een christelijk perspectief. Wat een zegen! Hoewel, ergens is het ook een offer. Net als bij christelijke films moet de luisteraar van christelijke rapmuziek niet verwachten te worden overladen met de hoogste kwaliteit. De Eminem van de christelijke rapwereld moet, voor zover ik weet, nog opstaan. Maar inmiddels ben ik op een aantal artiesten gestuit die me enthousiast maken, zowel lyrisch als muzikaal.


Nieuwe christelijke rapgeneratie


De voornaamste is Bizzle. Zijn stijl past precies bij de vorming die ik als christen doormaak: apologetisch en onomwonden kritisch op de eigen cultuur. Neem bijvoorbeeld het nummer ‘Dear hiphop’, waarin hij een brief schrijft aan de Amerikaanse hiphopcultuur, waarvan rapmuziek het belangrijkste element is. Hij stelt zich deze cultuur voor als een soort adoptievader, aangezien het voor hem voelt alsof hij door de hiphop werd opgevoed. Bizzle brengt in herinnering hoe rapmuziek hem vertelde dat je vrouwen nooit moet respecteren maar wel mag gebruiken. Via de grote hiphopartiesten kreeg hij allerlei levensinstructies vanuit zijn speakers: laat je broek tot onder je heupen zakken; communiceer met slechte grammatica, vermijd fysieke gevechten door een pistool te trekken, enzovoorts.


Vervolgens contrasteert de rapper deze lessen met die van zijn echte Vader, die hij ontmoette na zijn bekering tot het christelijk geloof. Bizzle ontdekt dat zijn hemelse Vader hem helemaal niet heeft verlaten, zoals de rappers hem soms voorhielden. God had slechts zijn keuze gerespecteerd. De deur om bij Hem terug te komen had altijd opengestaan. Sterker nog, zijn Vader heeft allerlei brieven voor Bizzle geschreven. ‘Maar die heb ik blijkbaar nooit gekregen’, bijt hij zijn wereldse “adoptievader” toe.


Bizzle beschrijft veel van wat er misgaat in de cultuur waarin miljoenen zwarte en witte Amerikanen opgroeien. Het contrast met zijn huidige geloofsleven kan bijna niet groter en dat is veelzeggend. Hoewel ik niet opgroeide met straatbendes en excessief geweld op school, raakt zijn tekst me iedere keer opnieuw. Het brengt me terug naar mijn eigen jeugd waarin ik, alleen op mijn kamer, een soortgelijke immorele wereld bouwde als in de rapmuziek, alleen dan in mijn hoofd.


Bizzle is behalve een goede thema-artiest ook steengoed in het schrijven van “lyrics”. In het nummer ‘Lucky you’ neemt hij bewust de stijl van Eminem aan, vermoedelijk om te laten zien dat hij zich kan meten met de besten. Het nummer gaat dan ook over het feit dat Bizzle de wereldse rapindustrie had kunnen domineren als hij geen ander pad had gekozen. Maar zijn ‘flow werd gedoopt’ en daarom mogen de wereldse rappers van geluk spreken dat hij geen directe concurrent is, aldus Bizzle. Tja, een beetje stoer doen blijft toch bij het genre horen. Maar eerlijk gezegd kunnen Westerse christenen van vandaag wel wat zelfvertrouwen gebruiken.


Bizzle is ook niet bang om de grote wereldsterren aan te pakken via zijn reactienummers. Hij gebruikte een beat van Jay-Z om de beroemdheid te ontmaskeren als een slechte invloed op jongeren, die gebruik maakt van satanistische symboliek en Christus belachelijk maakt in zijn video's. Wie het reactienummer luistert zal sommige dingen met een korreltje zout nemen, maar het lyrische pak slaag dat Jay-Z daar krijgt valt niet te ontkennen. Ondanks de inmiddels bijna 2 miljoen views, heeft Jay-Z nooit gereageerd.


Ook de middelmatige knuffelrapper Macklemore krijgt ervan langs in Bizzles reactie op zijn nummer ‘Same Love’ dat gaat over het gebrek aan acceptatie van homoseksuelen in Amerika. Macklemore zegt daarin dat homoseksualiteit het nieuwe zwart is, vanwege de vermeende vervolging die ze meemaken. Dat schoot bij Bizzle in het verkeerde keelgat, aangezien de zwarte bevolking van Amerika -naast slavernij- is onderworpen aan lynchpartijen en moordaanslagen als reactie op de wens van kinderen om naar school te gaan. Getergd vraagt Bizzle hardop aan Macklemore of homoseksuelen deze gruwelijkheden ook hebben moeten doorstaan in de Verenigde Staten: ‘It ain't the same fight. You can play straight, we can never play white!’.


En dan is er nog de knaller waarmee Bizzle opnieuw reageert op een bestaand nummer van een beroemde wereldse rapper. In dat nummer klaagt de artiest Joyner bij God over het leed in de wereld en dat de goeden te lijden zouden hebben onder de slechten. Bizzle gebruikt zijn kunstvorm om te reageren zoals hij denkt dat God het zou doen: met een ferme veroordeling van de klaagzang maar ook met een handreiking naar het hart van de verdwaalde rapper. De tekst die er voor mij uitspringt gaat over de unieke goedheid van Jezus Christus: 'You ask why the good die young, but the truth is: none of y'all are good, not one. The only one that's ever been good is My Son. So to answer your question: the good died once!'


Andere moderne christenrappers


Andere christelijke rappers waar ik graag naar luister zijn de veelbelovende jonge artiesten Hulvey en Forrest Frank, het zwaar getatoeëerde ex-bendelid Sevin en de Puerto Ricaanse Datin.


Amerikaanse rapmuziek van christenen is wat mij betreft een hoop in bange tijden voor jongeren zonder goede rolmodellen. Het kan jongeren op een laagdrempelige manier aansporen tot het heroverwegen van hun levenswandel. En het genre krijgt steeds meer kwaliteit. Moderne christelijke rapmuziek is, zoals Bizzle het zo mooi zegt: ‘not hiphop in a lesser form but truth music: harder to make but it’s better for ‘em.’


En reken maar dat het moeilijker is om goede rap te schrijven waarin niet wordt gescholden en niet naar de gemakkelijke clichés wordt gegrepen zoals de vernedering van vrouwen en de verheerlijking van moord. Nee, deze mannen staan tegenover een agressieve geest en vertellen deze de waarheid over zichzelf, in de hoop dat de jongeren niet meer luisteren naar de stem van de wereld, maar naar de verhogingen van Gods Heilige Naam.


Nederland


Ook in Nederland is christelijke rap in opkomst. Recentelijk ging de video ‘Medz Yeghern’ viraal van de Zuid-Hollandse rapper Seraiah. Daarin breekt hij een lans voor het Armeense volk en hun worsteling tijdens en na de genocide van 1915. Naast dit Engelstalige nummer heeft Seraiah ook Nederlandstalig werk, zoals het nummer ‘Mantality, waarin hij felle kritiek uit op de wereldse man, die volgens de rapper te kinderlijk is en geen waarden meer kent. Andere Nederlandstalige rapartiesten om in de gaten te houden zijn onder meer Mengus en Ammi.

door Chris Develing 08 feb., 2024
Waarom zou je een kind nieuwsgierig willen maken naar het geslachtsdeel van een volwassene? FunX vindt dit blijkbaar geen probleem.
door Chris Develing 29 dec., 2023
Herziening van de discussie rondom NRC’s feitencheck: “Meer Europese slaven in Noord-Afrika dan Afrikaanse slaven in de VS” (uitgebreide versie) De afgelopen jaren was er veel te doen over het artikel ‘NRC checkt: ‘Meer Europese slaven in Noord-Afrika dan zwarte slaven in de VS’’. NRC concludeerde dat deze uitspraak, van de Amerikaanse geleerde Thomas Sowell, ‘waar’ is. Later werd dat gerectificeerd, na venijnig commentaar van twee Nederlandse historici. Het NRC zou volgens hen nepgeschiedenis in stand houden. Maar bij het lezen van alle betrokken stukken viel mij juist iets anders op: de historici zijn gekleurd in hun mening en plegen roofbouw op de geschiedenis. De aanleiding voor de controverse was een zorgvuldig betoog van Sowell, waarin de Afro-Amerikaanse geleerde waarschuwt voor het selectief filteren van historische feiten. Dat kan namelijk eenzijdige analyses in de hand werken, zoals het idee dat er maar één soort geïnstitutionaliseerde slavernij bestond: die door Europeanen en Amerikanen, met de Afrikaan uitsluitend als slachtoffer. Zijn uitspraak over witte slaven, die dankzij zo’n selectieve filtering door scholen en media in de vergetelheid zijn geraakt, moet dan ook worden gezien als een oproep tot meer balans in ons historisch perspectief. Misvattingen en misrepresentaties De wisselwerking tussen NRC en de historici is helaas erg slordig. Dat begon al bij de titel van het oorspronkelijke artikel. Het citaat dat NRC checkt betreft namelijk een ongelukkige vertaling van de daadwerkelijke uitspraak. Volgens de krant zou het gaan om de uitspraak "Meer Europese slaven in Noord-Afrika dan zwarte slaven in Noord-Amerika". Maar Sowell schreef in het bewuste artikel het volgende: "Just as Europeans enslaved Africans, North Africans enslaved Europeans - more Europeans than there were Africans enslaved in the United States and in the 13 colonies from which it was formed." Als eerste valt op dat NRC over "zwarte" slaven spreekt tegenover "Europese" slaven. De altijd zorgvuldige Sowell houdt de categorische balans wel in evenwicht, door te spreken van Afrikaanse en Europese slaven. Maar het gaat vooral mis bij de vertaling van het woord "enslaved". Doorgaans verwijst dit woord naar het proces van ontvoering en tot slaaf maken van een eerste generatie slaven. Na ruggespraak met een kennis, een Amerikaanse kruistochten historicus, werd dit nog eens bevestigd. En mocht dat niet voldoende overtuigen, dan hebben we nog het boek waarin Sowell ditzelfde argument op een meer eenduidige manier verwoordde: In 'Intellectuals and Race', hoofdstuk 7, schreef Sowell het volgende: "Pirates alone transported a million or more Europeans as slaves to the Barbary Coast of North Africa - at least twice as many European slaves as there were African slaves transported to the United States and to the thirteen colonies from which it was formed." Dit citaat maakt duidelijk dat het Sowell te doen was om het ontvoeren en transporteren van slaven en niet de eventuele latere groei van de slavenpopulatie. Dat is begrijpelijk als je beseft dat het al dan niet bestaan van een natuurlijke groei van de slavenpopulatie niet zomaar kan worden aangenomen als een meer positief of negatief kenmerk van het betreffende slavernijsysteem. Toch wilden de Nederlandse historici, die Sowells onderscheid wel leken te begrijpen, inzoomen op de totale aantallen. Hiermee lieten ze mogelijk blijken dat ze het betoog van Sowell niet op waarde hadden geschat. Onterechte rectificatie Voor de duidelijkheid: Sowells bewering was wel degelijk correct: Meer Europeanen werden in de periode 1500-1900 naar Noord-Afrika ontvoerd dan Afrikanen naar de toenmalige dertien koloniën van de VS. Beide slavenaantallen zeggen iets over de mate van import naar beide regio’s. Het is een legitieme stelling en zeker geen misleiding, zoals de historici lijken te stellen. Het feit dat NRC op 7 december 2017 opeens beweerde dat Sowells bewering toch onjuist is, kon dan ook alleen maar hout snijden als ze zijn uitspraak vermaakten tot een stroman: "...dat er meer Europeanen tot slaven werden gemaakt in Noord-Afrika dan dat er zwarte slaven waren in de latere Verenigde Staten". Wederom val ik over de categorische verschuiving van Afrikanen naar zwarten tegenover de Europeanen, maar ze schrijven ook ten onrechte dat Sowell over totalen sprak. Om te begrijpen waarom Sowell dat niet deed en specifiek doelde op eerste-generatieslaven binnen een specifieke tijdspanne, moet men begrijpen wat hij beoogde met zijn artikel. De enige “misleiding” van Sowells kant is de vermoedelijk bewuste selectie van twee willekeurige rassenverhoudingen en gebieden waarmee hij, al spiegelend, wijst op zijn rode draad: spelen met historische feiten kan ieder politiek doel dienen. Sowell weet natuurlijk dat beide aantallen slechts een beperkt onderdeel waren van twee systemen met een immense geografische en numerieke omvang. De relatief korte tijd waarin de trans-Atlantische slavernij miljoenen Afrikanen onderwierp, getuigt van haar groteske aard. Onder de streep ontloopt de Arabische slavenexport haar echter nauwelijks, mede omdat deze veel langer heeft geduurd. Alleen al in de negentiende eeuw werden twee miljoen zwarte Afrikanen geëxporteerd naar Noord-Afrika en het Midden-Oosten. Foute herberekening Hoewel de hele discussie tussen NRC en de historici gebaseerd was op wederzijdse misverstanden met betrekking tot Thomas Sowells werk, wil ik hun verdere "openbare dialoog" toch graag bespreken, omdat de geuite moeite met Sowells uitspraak interessante denkbeelden lijkt te onthullen. Zo was er de opmerkelijke herberekening van de (totale) slavenaantallen. Zomaar werd het Amerikaanse exportcijfer vermeerderd met alle generaties die daarna in slavernij werden geboren, terwijl dit bij het Noord-Afrikaanse cijfer werd nagelaten. Alsof er in drie eeuwen niet één Europees kind in slavernij werd geboren. Natuurlijke groei van de slavenpopulatie Het duo kan best verwijzen naar het feit dat er in Noord-Afrika veel minder mensen in slavernij werden geboren. Maar zonder kanttekening over de redenen hiervoor is dat argument misleidend. Die waren namelijk niet louter positief. Denk aan de ongeëvenaarde macht die Noord-Afrikaanse slavenmeesters hadden over de seksualiteit van hun slavenpopulatie. Dit kenmerkte zich bijvoorbeeld door relatief veel castraties. De baños, waar Europese mannen, zonder enige interactie met vrouwen, als dieren werden gehouden, zorgden logischerwijs ook voor een sterk verminderde natuurlijke groei. Historicus Paul Lovejoy schreef in 2012 dat “de kenmerken van geleidelijke assimilatie en emancipatie [in de islamitische staten] overeenstemden met de macht van slavenmeesters om de mate van seksualiteit en voortplanting van een populatie naar hun hand te zetten”. Het is dan ook niet verwonderlijk dat mooie vrouwen en gecastreerde mannen met name in de islamitische rijken in trek waren. De versnelde emancipatie van vrouwen – de grootste categorie slaven in Noord-Afrika – en hun nazaten was bovendien een reden voor het steeds aanvullen van de slavenpopulatie. Ook andere oorzaken, zoals de veronderstelling dat veel vrouwen niet meer konden voortplanten als gevolg van voortdurende seksuele dwangarbeid, zouden een rol hebben gespeeld in een langzamere natuurlijke groei (Lovejoy, 2012). Vrouwen werden naast hun werk in de bediening ook vaak gebruikt als bijvrouw. Daarbij hadden de islamitische eigenaren bij wet recht op seksueel genot van hun slavinnen (Lewis, 1990). Ze konden slechts op een verhoogde status hopen als zij een kind kregen van hun meester, mits deze het erkende. Zulke kinderen werden vaak meteen geadopteerd en dus niet in slavernij geboren. Ook kon de moeder, na de dood van haar meester, rekenen op vrijheid. Het is echter waanzin om dit te laten gelden als positieve oorzaak van een langzaam groeiende slavenpopulatie. Slavendrijvers verdienen immers geen pluspunten voor de verhoogde status van slavinnen die zoiets moesten ondergaan. Die geven we ook niet aan Amerikaanse meesters, die dikwijls een Oom Tom met privileges tolereerden. En wanneer zij kinderen verwekten bij hun Afrikaanse slavinnen wordt bovendien moeiteloos uitgegaan van directe of indirecte seksuele dwang. Waarom zou dit anders zijn voor de Arabische meesters in Noord-Afrika? Dit soort nuanceringen lijkt aan de historici voorbij te gaan. In een ander artikel noemen ze Sowells uitspraak zelfs fake news en “historische onzin op het internet”. Je moet het maar durven opschrijven over een bejaarde geleerde die meer boeken schreef dan een gemiddelde vierdejaars student geschiedenis leest. Als je daarbij bedenkt dat Sowell als socioloog meerdere historische thema’s behandelde, kun je haast niet anders dan je afvragen hoe onpartijdig het duo is. Dat blijkt ook uit het feit dat ze Sowell nergens socioloog noemen, maar “conservatieve econoom” of kortweg “schrijver”. Zo framen ze zelfs Sowells recht van spreken als academicus, vermoedelijk om hun inhoudelijk tegenvallende respons beter te laten landen. De mythe van een betere behandeling De Nederlanders hadden ook een generaliserend antwoord op Sowells legitieme standpunt dat galeislaven in Noord-Afrika het slechter hadden dan plantageslaven in de VS. Want volgens de historici was slavernij in de VS als geheel juist “van een duidelijk ander karakter”. Dit beschouw ik als codetaal voor: “het viel allemaal wel mee met die Noord-Afrikaanse slavernij”. Daarmee doen ze zelf iets waar ze Sowell van beschuldigen: moreel onderscheid maken tussen twee volken en hun slavernijsystemen. Wanneer we echter spreken van vele miljoenen slaven en gruwelpraktijken aan beide zijden, oogt iedere wedijver om de titel van meest of minst erge slavendrijver pervers. Sowell vergeleek specifieke slavencategorieën omwille van een meer gewogen oordeel over de hele linie, in reactie op de scheve verhouding die hij meent te zien in het publieke domein. Of dezelfde motivatie leeft onder de historici is voor mij nog dubieus. De verlichte woorden van wijlen historicus Bernard Lewis bieden een fraai contrast: “Het is niet mijn doel om een morele competitie op touw te zetten…maar om de claims van exclusieve deugd en exclusieve ondeugd te weerleggen en te wijzen op een gemeenschappelijk falen in onze gemeenschappelijke menselijkheid.” Bernard Lewis noemde het een variant van the white man’s burden, om de Arabische slavernij niet te zien voor wat het was: de ontvoering van rond de 10 miljoen slaven in 1000 jaar, zijnde voornamelijk vrouwen en kinderen, waarbij mannen relatief vaak werden gecastreerd (Gordon, 1989; Austin, 1979; Lovejoy, 2012). Het is even arrogant als onjuist om vast te houden aan het idee dat de witte mens, ditmaal door middel van zelfopgelegde schuld, verantwoordelijk is voor het lot van andere volken, aldus Lewis. De inmiddels achterhaalde mythe, dat het slavenleven in Amerika altijd slechter was dan in Afrika, is mede ontstaan door kromme vergelijkingen van geschiedschrijvers in de negentiende eeuw. Zij kwamen dikwijls terug uit Afrika en het Midden-Oosten met het idee dat er geen plantageslavernij bestond in de Arabische gebieden. Zij zagen alleen huiselijke slavernij, waarbij slaven meestal een beter leven leidden. Buiten hun gezichtsveld, voorbij de grote steden waarin ze verbleven, bestond echter wel degelijk economische slavernij. Lewis beschreef ook dit sprookje over een meer humane Arabische slavernij treffend als “een Europese uitvinding die een Europees doel dient”. Wanneer deze nu nog opduikt, moet er haast sprake zijn van selectieve filtering ten bate van een politiek doel. Dat is precies waar Sowell voor waarschuwde. Gevolgen voor vandaag De historici hadden veel te vertellen over de gevolgen die nazaten van slaven nu ervaren in de westerse landen waar ze als minderheid leven. Die impact is reëel en mag zeker niet worden afgezwakt. Maar ook hier mis ik een oprechte hunkering naar balans. Die is bijvoorbeeld te vinden in de impact die het slavernijverleden op de noordelijke helft van Afrika heeft, door nog steeds te bestaan. In Mauritanië worden jaarlijks vele sub-Sahara slaven geboren en ook Libië maakt momenteel (2018) haar zoveelste opleving van slavernij door. Dan is het legitiem om te vragen waarom slavernij in Noord-Afrika zo lang kon doorgaan. Wellicht is een voornamelijk religieuze scheiding tussen slaaf en vrij mens moeilijker af te leren dan een racistische. Deze scheiding is immers niet uit de lucht gegrepen, maar betreft een imitatie van de profeet en stichter van de islam, die zelf vele slaven had. Misschien kwamen racistische en religieuze slavernij geregeld samen in de islamitische staten, zoals uit allerlei historische documenten blijkt, waardoor zwarte Afrikanen in het huidige Tunesië en Marokko nog steeds kampen met een niveau van racisme dat in het huidige Amerika ondenkbaar is. Het moet dan ook gezegd worden dat racisme wel degelijk deel heeft uitgemaakt van de Arabische slavernij. Dat blijkt uit het feit dat sommige zwarte volkeren in Afrika, ondanks hun door de Sharia'a beschermde status als moslim, tot slaaf zijn gemaakt door Arabische overheden. Dit leidde bijvoorbeeld tot verzet van de beroemde zwarte moslimgeleerde Ahmad Baba uit Timboektoe, die herhaaldelijk schreef dat alleen niet-moslimvolkeren tot slaaf mochten worden gemaakt en dat sommige Islamitische overheden uit zijn tijd zich derhalve vergisten wanneer zij zwarte moslims alsnog minder rechten gaven dan geloofsgenoten met een lichtere huidskleur. Referenties naar dit soort ongemakkelijke feiten moeten niet worden gezien als jij-bak maar als een oproep tot minder selectieve filtering van historische en actuele feiten. Over het feit dat het Westen aan de wieg lag van de afschaffing van slavernij in veel islamitische landen, zul je de historici ook niet horen. Maar het is een cruciaal feit, omdat moslimlanden volgens veel geleerden (Lewis, Lovejoy, Gordon, Clarence-Smith, N'Diaye e.a.) niet stonden te springen om hun slaven vrij te laten. Een afschaffingsbeweging, zoals die van christenen in het Groot-Brittannië, was nagenoeg niet-bestaand. De emancipatie werd bereikt met keiharde westerse diplomatie. Dan is het niet vreemd dat er nog steeds maar weinig islamitische historici zijn die het aandurven om dit onderwerp aan te snijden. Bernard Lewis schreef dat het aantal studies naar de slavernij in het Midden-Oosten op één velletje passen, terwijl er duizenden boeken te vinden zijn over de Griekse, Romeinse en trans-Atlantische slavernijen. Toch moet het Westen zich, volgens sommigen, nog altijd meer schamen dan andere culturen. Het is echter de vraag welke regio de meeste achterstand heeft op het gebied van het erkennen en herstellen van de problematische geschiedenis en welke daarin het meest vooruitstrevend is geweest. Morele weegschaal Het heeft er alle schijn van dat enige fixatie op een moreel onderscheid slechts leeft bij de Nederlanders en niet bij Thomas Sowell. Bij het vinden van een passend antwoord op hun onderscheid – dat gevaarlijke gevoelens van superioriteit kan oproepen – is het de vraag wat nu wijsheid is. Is het verwerpelijker dat veel mensen in slavernij werden geboren, of dat deze er juist niet kwamen vanwege gedwongen adoptie na verkrachting en belemmeringen in de voortplanting? Hetzelfde kan gevraagd worden wanneer we castratie, seksslavernij en geïsoleerde slavenkampen plaatsen tegenover de martelpraktijken van de Amerikaanse slavenmeesters. Wat mij betreft is de “wijsheid” dat een moreel onderscheid beter achterwege kan worden gelaten. Sowell riep op tot een dergelijke balans, omdat deze in het Westen lijkt te ontbreken. Dat deed hij met een prikkelende stelling, waarop de historici vermoedelijk het eigen morele onderscheid projecteerde. Het gevolg was een denkbeeldige strijd, die slechts bijdroeg aan het blootleggen van hun eigen ideeën over ras en identiteit. Literatuur Lewis, Bernard; ‘Race and Slavery in the Middle East’, Oxford University Press (1990) Lovejoy, Paul, E.; ‘Transformations in Slavery, a History of Slavery in Africa’, derde editie (2012), Cambridge University Press Gordon, Murray; ‘Slavery in the Arab World’; New Amsterdam Books (1989) Davis, Robert C.; ‘Christian Slaves, Muslim Masters: white slavery in the Mediterranean, the Barbary Coast and Italy, 1500-1800’; Palgrave Macmillan (2003) Clarence-Smith, W.G.; ‘Islam and the Abolition of Slavery’; Hurst & Co. (2006) N'Diaye, Tidiane; ‘Der verschleierte Völkermord’; Rowohlt Verlag (2010) Sowell, Thomas; 'Intellectuals and Race' (2013 Primaire islambronnen: Sahih Bukhari, Sahih Muslim, Sunan an-Nasa’i
door Chris Develing 06 dec., 2023
Veel moslims bekritiseren Israël voor het rigoureus bombarderen van terroristische doelwitten, klinkt vreemd als je weet hoe er in de Islam naar het oorlogsrecht wordt gekeken.
door Chris Develing 07 sep., 2023
Muslims have been accused of bribing people to join Islam or to stop criticism on the religion. Is there a theological basis for such claims? Find out in this article.
door Chris Develing 23 aug., 2023
Ben je verplicht een ander mens in leven te houden? Volgens velen wel, als ze zich buigen over het recente bergklimschandaal op de K2. Maar geldt dat ook voor andere morele dilemma's, zoals abortus?
door Chris Develing 26 jul., 2023
De film 'A man called Otto' beschrijft onbedoeld een deel van de problematiek rond euthanasie in Nederland. Hoe gaat Otto zelf om met deze verzwarende factoren voor zijn doodwens?
MEER ARTIKELEN
Share by: