Roep om boerkiniverbod legt intolerantie richting moslims bloot
Islamcriticus neemt het op voor moslims?

Lang heb ik me verzet tegen de veronderstelling dat sommige islamkritiek voortkomt uit islamofobie. Maar hoe luider de roep om een boerkiniverbod, hoe harder de intolerantie richting moslims lijkt te groeien. Dat kan desastreuze gevolgen hebben voor het échte islamdebat, dat juist zo hard nodig is.
Al jarenlang proberen belezen islamcritici het grote publiek te tonen dat de “heilige oorlog” van islamitische terreurgroepen de klassieke islam dichter nadert dan menigeen durft te denken. Maar de meeste media vinden het theologische debat hierover te ingewikkeld, terwijl de discussie dáárover moet gaan.
Waar diezelfde media nu wél op duiken, is het boerkiniverbod, dat onlangs op een Frans strand bleek te gelden. De meeste mensen wisten mogelijk niet eens dat het kledingstuk bestond, maar direct regende het steunbetuigingen voor de maatregel. Dat er in dit geval met twee maten wordt gemeten, werd treffend blootgelegd met een foto van nonnen aan de kustlijn.
De boerkini, die ook wordt gedragen door gematigde moslima’s, is naar mijn mening echter geen symbool voor de radicale islam. Het bedekt immers niet meer huid dan de gewone hoofddoek. Zou je dan als moslima ook niet meer in spijkerbroek en hoofddoek op het strand mogen zitten?
Een boerka is mogelijk wel een symbool van de radicale islam, evenals als het openlijk steunen van jihad en de bereidheid om kleine meisjes te besnijden en uit te huwelijken. Laten we die zaken daadkrachtiger aanpakken dan nu het geval is. Maar de bestrijding van een onschuldig kledingstuk, waarvan men niet kan vaststellen dat er onwenselijk gedachtegoed mee uitgedragen wordt, is onverenigbaar met westerse waarden. Het kan nooit de bedoeling zijn gematigde moslima’s te beperken in de belijdenis van hun versie van de islam.
De oprechte islamcriticus kan daarom niet anders dan treuren over de ophef rondom de boerkini. Hij of zij buigt zich soms al jaren over boeken met daarin islamitische fiqh (jurisprudentie), vertalingen van alle grote hadithcollecties en de meest beroemde tafsirlectuur (Koranexegese). Bronnen die veel mensen niets zeggen, maar die nodig zijn om te komen tot een afgewogen oordeel over de islam. Wat is het jammer dat zo’n islamcriticus het in de media steeds moeten afleggen tegen de Don Quichot, die een denkbeeldige, luie strijd voert tegen de persoonlijke kledingkeuze van een vrouw. Zijn aanname is dat geen vrouw op vrijwillige basis overgaat tot het dragen van een oncomfortabele hoofddoek. Maar dat standpunt is zo oppervlakkig en legt zoveel desinteresse bloot in de mensen die je naar eigen zeggen wilt bevrijden. Natuurlijk is het dragen van een hoofddoek oncomfortabel, al denk ik dat je er vrij snel aan kunt wennen. Maar sinds wanneer maken vrijwillige offers geen onderdeel meer van ons bestaan? Veel moslima’s dragen een hijab vanuit religieuze toewijding, gewoon, omdat hun god dat van ze vraagt. Is dat zo erg?
Velen zijn het met me eens dat de theoretische islam in wezen radicaal is. Maar onze paden scheiden zich als er wordt gesteld dat een boerkiniverbod juist daarom voor de hand ligt. Als het echt gaat om associatie met de islam en verder niets, wat voor bezwaren zouden er dan nog zijn tegen het verbieden van moskeebezoek of het bezit van een Koran?
Omdat critici wel aanvoelen dat er meer nodig is voor een verbod, stelt men ondertussen nogal eens dat de boerkini onder dwang wordt gedragen. Ik betwijfel dat. Bovendien, denkt men werkelijk dat een dwingende echtgenoot in zo’n geval zal redeneren: „Och schat, als de boerkini verboden wordt, dan ga je toch gewoon in je bikini naar het strand?” Wees blij dat moslima’s blijkbaar net als iedereen naar het strand willen. Vrouwen (uit alle bevolkingsgroepen) die thuis worden onderdrukt, komen waarschijnlijk sowieso niet op het strand.
Dat de Fransen de islam zat zijn, valt te begrijpen. De aanslagen die zij krijgen te verwerken, zetten de verhouding in de samenleving op scherp. Maar dit mag niet leiden tot het zat zijn van moslims. Men moet de religie van de mens blijven scheiden, zeker in het Westen, waar men claimt rechtvaardiger te zijn dan elders in de wereld.
Dat we ondertussen de islam niet de vrije loop moeten laten, is verstandig. Maar het lijkt er nu op dat de frustratie uitmondt in onredelijke en vergezochte eisen die de alledaagse moslima beperken in haar vrijheid. Het lijkt op moslimpesten bij gebrek aan een betere verdediging tegen de problematische kanten van de islam.
De klassieke islam verbiedt christenen, conform het Convenant van Umar, om openlijk een kruis te dragen. Het is wrang om te constateren dat het in onze cultuur dezelfde kant op gaat.
Dit is een geüpdatete versie van het artikel dat al in 2016 werd gepubliceerd in het Reformatorisch Dagblad.




