Cognitieve dissonantie in het abortusdebat

We hebben allemaal een bepaalde mate van bias, oftewel een vooringenomen standpunt over onderwerpen die ons aan het hart gaan. Dat maakt het soms moeilijk om voor de volle honderd procent eerlijk te kijken naar nieuwe informatie. Zeker als deze kan leiden tot het bijstellen van je mening.
Blinde vlek
Een cognitieve dissonantie gaat nog iets verder dan een bias. Je kunt het zien als een blinde vlek. Christenen kunnen het weleens beschrijven als geestelijke blindheid in zaken van het geloof. Zo’n dissonantie komt erop neer dat je duidelijke feiten of informatie toch nog weet te ontkennen of zo weet te draaien dat ze hun betekenis voor jou en je standpunten verliezen.
Stel bijvoorbeeld dat je zoveel informatie hebt over roken dat je echt wel kunt weten dat het ongezond is. Desondanks blijf je doorroken, alsof die informatie nooit tot je kwam. Je handelen is daarmee niet rationeel maar gebaseerd op je begeerte om te roken.
Het is belangrijk om te benadrukken dat cognitieve dissonanties voorkomen bij zowel voor- als tegenstanders van abortus wanneer ze in discussie raken. Zo komt het voor dat voorstanders van abortusrechten (pro-choicers) tot ver in de zwangerschap blijven spreken van een ‘klompje cellen’, terwijl tegenstanders (pro-lifers) soms al vroeg capaciteiten aan het ongeboren kind toedichten die het op dat moment nog niet heeft.
‘Uit elkaar getrokken’
In dit stuk wil ik een online voorbeeld aanhalen van een cognitieve dissonantie bij iemand die groot voorstander is van abortusrechten. Stella Bergsma, een columniste met 35 duizend volgers op X was in gesprek geraakt over abortus. Een andere X-gebruiker wierp haar voor de voeten dat ‘baby’s letterlijk uit elkaar getrokken worden’ tijdens een abortus. Bergsma besloot de AI-machine van X, genaamd Grok, bij het gesprek te betrekken:
‘@Grok wordt bij een abortus de baby letterlijk uit elkaar getrokken?’
@grok wordt bij een abortus de baby letterlijk uit elkaar getrokken?
— Stella Bergsma (@EinsteinBarbie) September 17, 2025
Ik durf te vermoeden dat de columniste er volledig vanuit ging dat Grok deze bewering ging ontkrachten, maar dat liep anders:
'Nee, niet bij elke abortus’, zei de machine. ‘Bij vroege abortussen (tot 13 weken) wordt vaak zuigkracht of medicatie gebruikt zonder dismemberment. In latere procedures zoals dilatatie en evacuatie (D&E, 13-24 weken) wordt de foetus vaak in delen verwijderd met forceps, wat als "uit elkaar getrokken" kan worden gezien’, voegde Grok eraan toe.
Je zou hier verwachten dat Bergsma erkenning geeft aan het feit dat ongeboren kinderen inderdaad uit elkaar worden getrokken bij sommige abortusbehandelingen. In plaats daarvan besloot ze een poging te doen om deze onwelgevallige uitspraak te nuanceren:
‘En de meeste abortussen vinden plaats na hoeveel weken?’
Grok reageerde wederom feitelijk maar niet heel uitgebreid: ‘De meeste abortussen in Nederland vinden plaat vóór 13 weken zwangerschap. Meer dan de helft in de eerste 8 weken en 87% in het eerste trimester (Rutgers, 2023).’ En daarmee was de kous af, vond Bergsma.
Ze gaf alleen nog de opgeluchte reactie dat het ‘dus weer allemaal onzin’ was, alsof ze daarmee wilde zeggen dat de oorspronkelijke bewering, over het uit elkaar trekken van ongeboren kinderen, was weerlegd.
Allemaal onzin weer dus.
— Stella Bergsma (@EinsteinBarbie) September 17, 2025
Wat mij betreft was dit vooral een demonstratie van een cognitieve dissonantie in de praktijk. De columniste kreeg namelijk informatie van een (kennelijk voor haar) betrouwbare bron, waaruit ze mag opmaken dat ongeboren kinderen uit elkaar worden getrokken. Dat dit niet geldt voor 87% van de behadelingen (al valt abortus vóór 13 weken ook prima te beschrijven als 'uit elkaar trekken', aangezien het vacuüm het ongeboren kind evengoed aan gort scheurt) doet daar natuurlijk niets aan af. Sterker nog, een echte waarheidszoeker zou op zoek gaan naar het aantal abortussen dat schuilgaat achter de overige 13 procent. Daarvoor hoefde ze maar een vervolgvraag te stellen aan Grok of de jaarrapportage aangaande abortus te raadplegen. Dan zou ze hebben gezien dat er in 2023 zeker 5.032 abortussen werden uitgevoerd op de manier die Grok aanduidt als ‘uit elkaar getrokken’.
Voorstanders van abortus die nog wel lang genoeg in dialoog blijven om deze informatie erbij te krijgen, wijzen vaak op hun geloof dat (bijna) al die abortussen het gevolg zijn van negatieve prenatale diagnose. Maar ook dat is niet waar, aangezien dat aantal blijft steken op 1.796 in het meest recente rapportagejaar.
Laten tegenstanders van abortus dit voorbeeld aangrijpen om de eigen gelederen gesloten te houden voor het fenomeen cognitieve dissonantie. Sta open voor nieuwe inzichten en laat dit ook blijken tijdens gesprekken over abortus. Zo’n positieve houding kweekt leergierigheid bij jezelf en vertrouwen bij andersdenkenden. Dit betekent niet dat je je eigen mening onder stoelen of banken hoeft te steken. De prolife standpunten zijn sterk en door de tijd getest. Maar het is geen schande om toe te geven dat je wat langer moet nadenken over een bepaald standpunt, of dat je dit nog even wilt navragen.
Bovenal: hou de dialoog gaande. Er is niets erger dan een monoloog voeren, zoals Bergsma hier in het openbaar leek te doen, om vervolgens weg te kijken bij de confrontatie met ongemakkelijke feiten.



