29 mei 2022

“De Ongelooflijke Podcast” van de EO over abortus: in Nederland goed geregeld

Het was de eerste keer dat David Boogerd het thema abortus behandelde tijdens zijn podcast van afgelopen week. Vaste tafelgast en theoloog Stefan Paas schoof aan met de feministische theologe Heleen Zorgdrager. Zelden werd hun onderhoudende gesprek een discussie. Ze waren het vooral eens dat de Nederlandse abortuswet goed in elkaar zit. Omdat een prolife spreker ontbrak, kon de luisteraar weinig opsteken over verschillende zienswijzen binnen het abortusdebat. Soms voelde het gesprek zelfs wat unheimisch aan: een EO-tafel met louter christenen, zonder duidelijke bewogenheid voor het ongeboren leven.


Presentator Boogerd hield moedig vast aan het feit dat de abortusdiscussie valt of staat met de vraag wat het ongeboren leven is. Maar voor Zorgdrager bleek het prille levensbegin een complexer concept waar ze niet altijd eenduidig over spreekt. Zo zou het ongeborene geen non-persoon zijn maar ook geen persoon: ‘Het zit er tussenin en ontwikkelt zich steeds meer’. Een persoon wordt je pas wanneer je ‘zelf ademt en los bent gekomen van het moederlichaam’, aldus Zorgdrager. Kort daarop moest ze toegeven dat er geen persoon hoeft te zijn om te kunnen spreken van waarde van leven.


Ze kwam tot deze herformulering na Boogerds opmerking dat je met haar definitie van een persoon ook kunt pleiten voor legale abortus tot de geboorte. Concreet werd ze pas met de stelling dat abortus moreel gerechtvaardigd is tot het moment van levensvatbaarheid. ‘Daarna kan het ook nog mits er sprake is van een medische noodzaak’, voegde ze toe. Het probleem met dat laatste criterium is de brede definitie die dikwijls wordt gehanteerd, vooral wanneer de mentale gezondheid van de vrouw hieronder wordt gerekend.


Goede balans


Als het om de Nederlandse wet gaat is Paas het met Zorgdrager eens: ‘De abortuswet is goed in evenwicht. De botsing tussen de keuzevrijheid van de vrouw en de beschermwaardigheid van het leven zijn tot uitdrukking gekomen in een termijn. Als het enige principe de keuzevrijheid is, wordt het lastig uitleggen waarom abortus niet tot de geboorte kan – of zelfs daarna. Juist deze botsing van twee principes heeft geleid tot het huidige compromis.’


Meer mensen hebben de overtuiging dat onze abortuswet een evenwichtig compromis zou zijn. Alsof het kamp van de vrouwenrechten flink water bij de wijn deed en het ongewenste kind allesbehalve kansloos is. De realiteit is toch echt anders. Ongeboren menselijk leven is bij wet overgeleverd aan de gevoelens van de moeder, die ruim de tijd krijgt om te beslissen dat het prille leven in haar mag worden beëindigd. Het enige wetsartikel dat een drempel voor abortus opwerpt (de verplichte bedenktijd) is eerder dit jaar op de vloer van de Tweede Kamer gesneuveld. De balans die Paas benoemt, kan alleen worden gezien als de levensvatbaarheidsgrens met een roze bril wordt bekeken. Want ook Stefan Paas zal uiteindelijk niet geloven dat deze termijn veel abortussen tegenhoudt.


Rooskleurige gedachtevlinders fladderden wel vaker over tafel. Zo knikten de tafelgasten elkaar bijna opgelucht toe dat wij Nederlanders principieel afwijzend staan tegenover abortus op basis van geslacht. Aangezien de wet dit nergens verbiedt, doelde men vast op een cultureel fenomeen dat ons, op dit moment, onderscheidt van landen als India. Maar ik miste hier de realiteitszin. Een meisje dat een zoontje moest zijn, mag wel degelijk worden geaborteerd. En zo geschiedt het dan ook soms in de Nederlandse praktijk, niet in de laatste plaats omdat sommige van onze landgenoten de Indiase – of een andere – cultuur meedragen. Tot slot zou ik de theologen willen vragen waarom abortus op basis van geslacht verworpen dient te worden, als abortus slechts immoreel wordt na het moment van levensvatbaarheid. Is dit niet een tamelijk irrationele afwijzing, mogelijk gevoed door onze geëmancipeerde cultuur? Een meisje aborteren omdat het moederschap te vroeg komt, is immers geen moreel probleem volgens beide theologen.


Mee naar de kliniek


Zorgdrager vertelde openhartig hoe ze jaren geleden als predikant hulp bood aan een vrouw in haar gemeente door mee te gaan naar de abortuskliniek. Dat beiden met niemand van de kerk konden spreken, vindt ze nog steeds heel erg. ‘Vanwege haar omstandigheden kon deze vrouw niet anders dan besluiten tot een abortus en ik ervoer de pastorale verantwoordelijkheid om mee te gaan naar de abortuskliniek.’


Over de prolifebeweging is Zorgdrager overwegend negatief: ‘Ik zie daarin ook een beweging die de rechten van vrouwen wil terugdringen. Men wil een natuurlijke orde herstellen waarin het patriarchaat een duidelijke plek inneemt.’ Bijzonder, die stellige overtuiging van iets dat nooit wordt gezegd door een prolife-organisatie zelf. Het laat zien hoeveel wantrouwen er binnen het feminisme leeft ten opzichte van prolife-initiatieven. Na zo’n verwijt vraag ik weleens waar een dergelijke motivatie bij prolife vandaan moet komen. Dan blijft het eigenlijk altijd stil en ook Zorgdrager onderbouwde haar polariserende stelling niet. Een kwalijke zaak, gelet op de zwaarte van de beschuldiging.


Ik snap best dat een voorstander van abortusrechten vindt dat prolifedoelen beperkend zijn voor de rechten van vrouwen, maar zo werd het niet gezegd. Er zou sprake zijn van een heimelijk motief om de vrouw – over de rug van het moederschap en het ongeboren kind – terug te werpen naar een tijd waarin ze werd achtergesteld. Je zou hopen dat iemand die deze mening koestert de vraag eens voorlegt aan een professionele prolifer. Het tragische is dat ik er op mijn beurt niet meer zeker van ben dat ze het antwoord zou geloven.


‘Vertrouw vrouwen!’


Dit dieptepunt van wantrouwen ketste in één moeite door in een hardvochtige oproep: ‘Vertrouw vrouwen!’ De prolifebeweging, die grotendeels uit vrouwen bestaat, zou het vertrouwen zelf niet waard zijn, maar moet er wel op varen dat vrouwen zelf prima weten of hun abortus moreel is. Zo blijkt maar weer dat een misplaatst gevoel van morele superioriteit niet alleen onder prolifers voorkomt. Gelukkig zat David Boogerd er nog, die opmerkte dat we normaliter nooit op die manier kijken naar morele kwesties: ‘Mensen moeten ook tegen elkaar beschermd worden. Je kunt als wetgever niet uitgaan van het vertrouwen.’


Ik zou het nog scherper hebben gesteld: waarom zou je vrouwen (of mannen) moeten vertrouwen om het juiste te doen, als je ervan overtuigd bent dat abortus in de basis niet moreel is? Mag het oordeel over een kwestie nog worden gekoesterd buiten de mensen die de kwestie beleven? Mag ik vinden dat een brandweerman heldendaden verricht en een vandaal iets verkeerds doet?


De eloquente Zorgdrager bood een prachtig – maar o zo problematisch – handvat om haar oproep tot vertrouwen beter te begrijpen: ‘De zwangere vrouw heeft een intrinsieke relatie met de foetus. Zonder haar kan deze niet overleven. Vanuit die relationaliteit wil ik denken. We moeten het dichtbij de ervaringen van vrouwen houden. Want zij kunnen ook over hun abortus vertellen als een verlies, terwijl ze toch geen spijt hebben van die keuze. Misschien was het niet de tijd om moeder te worden of ging de zorg voor anderen voor. Binnen die complexiteit maken ze een morele afweging. Een moederlijke afweging zelfs.’


Hiermee wordt mijns inziens toegegeven dat het ongeboren kind leeft en dat deze volledig afhankelijk is van de moeder. Juist van die relatie zegt de feministe dat de sterke de zwakke mag laten doden, simpelweg omdat zij die macht heeft. Zorgdrager vindt het ongeboren wezen rechteloos. Tegelijkertijd zou er sprake zijn van een keuze waarin het belang van een te aborteren kind zwaar wordt meegewogen, door een moeder die waakt over het leven dat in haar groeit. Hoe is zoiets mogelijk als je datzelfde kind geen rechten toekent? Als je een wezen niets kunt afnemen, wat kun je het dan geven? Toch neigt haar visie naar abortus provocatus als een moederlijk offer, deels ten bate van het kind om het een lastig leven te besparen. Bij mij rijst de vraag of het kind niet zelf moest beslissen of het wilde leven. Maar misschien is die overweging voor de theologen te kinderlijk.

door Chris Develing 28 september 2025
Dit jaar mocht ik een interview geven aan het steeds populairder wordende YouTube kanaal 'Christendom'. Het werd een getuigenis, waarin ik sprak over het opgroeien zonder vader, mijn latere geloof in Christus en maatschappelijke onderwerpen zoals abortus en de impact van de islam op onze samenleving. Bekijk het gesprek hieronder:
door Chris Develing 26 september 2025
We hebben allemaal een bepaalde mate van bias, oftewel een vooringenomen standpunt over onderwerpen die ons aan het hart gaan. Dat maakt het soms moeilijk om voor de volle honderd procent eerlijk te kijken naar nieuwe informatie. Zeker als deze kan leiden tot het bijstellen van je mening. Blinde vlek Een cognitieve dissonantie gaat nog iets verder dan een bias. Je kunt het zien als een blinde vlek. Christenen kunnen het weleens beschrijven als geestelijke blindheid in zaken van het geloof. Zo’n dissonantie komt erop neer dat je duidelijke feiten of informatie toch nog weet te ontkennen of zo weet te draaien dat ze hun betekenis voor jou en je standpunten verliezen. Stel bijvoorbeeld dat je zoveel informatie hebt over roken dat je echt wel kunt weten dat het ongezond is. Desondanks blijf je doorroken, alsof die informatie nooit tot je kwam. Je handelen is daarmee niet rationeel maar gebaseerd op je begeerte om te roken. Het is belangrijk om te benadrukken dat cognitieve dissonanties voorkomen bij zowel voor- als tegenstanders van abortus wanneer ze in discussie raken. Zo komt het voor dat voorstanders van abortusrechten (pro-choicers) tot ver in de zwangerschap blijven spreken van een ‘klompje cellen’, terwijl tegenstanders (pro-lifers) soms al vroeg capaciteiten aan het ongeboren kind toedichten die het op dat moment nog niet heeft. ‘Uit elkaar getrokken’ In dit stuk wil ik een online voorbeeld aanhalen van een cognitieve dissonantie bij iemand die groot voorstander is van abortusrechten. Stella Bergsma, een columniste met 35 duizend volgers op X was in gesprek geraakt over abortus. Een andere X-gebruiker wierp haar voor de voeten dat ‘baby’s letterlijk uit elkaar getrokken worden’ tijdens een abortus. Bergsma besloot de AI-machine van X, genaamd Grok, bij het gesprek te betrekken: ‘@Grok wordt bij een abortus de baby letterlijk uit elkaar getrokken?’
door Chris Develing 16 september 2025
After Charlie Kirk’s assassination many mainstream news platforms did not wait long to start regurgitating online claims about supposed evil things Charlie Kirk has said throughout the years. What the exact motivation behind behind these choices is remains to be seen, but it is clear that certain people who disagreed with Kirk’s views ran towards such claims in order to either legitimize Kirk’s violent death or to suggest that he somehow reaped what he sowed. When confronted with such claims, I noticed that many supposed quotes by Kirk were not based on truth. Often lies or half-truths were told. Rarely was the quote exact and when it was, it was often taken out of context. I decided to take the time to fact-check 7 such claims. I chose them randomly, to see if any of the claims were truthful. A few of them were true or partly true but lacking a strong-man explanation from Kirk’s own point of view. But in most cases the claims can be accurately described as lies or deliberate half-truths. Below I describe the claims, one by one, with my commentaries. 1. Gay people should be stoned to death False : Kirk never said this as a separate statement or wish for American law. This lie started when left-wing author Stephen King took to X on September 11, one day after Kirk’s assassination, and claimed that Kirk had “advocated stoning gays to death”. He later retracted this claim and apologized. King acknowledged that Kirk only mentioned a passage about stoning people after sleeping with the same sex from the Old Testament, in order to show someone that they were cherry picking verses about love as if the Bible doesn’t condemn sin. Kirk did call this penalty “part of Gods perfect law” as can be heard in the original footage , but that does not equal advocating for the same laws in today's society. 2. Most people are scared when they see a black pilot flying a plane False : He never said this exact quote or anything of similar meaning. What really happened was: during a conversation Kirk discussed affirmative action and how it creates bad ways of thinking, because it is known that certain people get jobs because of affirmative action, not because they were the best for the job. This can result in people second guessing the quality of the captain of their flight if he or she happens to be black. Kirk immediately added: “ I don't wanna think that way. And no one should, right? ” So, Kirk wasn’t saying that he distrusts black people having the capacity to be pilots. He was demonstrating how affirmative action can make people weary of how people got to a position, especially when it’s such a crucial job that people’s lives depend on it. Kirk went on to say: “ I want to be as blunt as possible because now I'm connecting two dots. Wait a second, this CEO just said that he's forcing that a white qualified guy is not gonna get the job. So I see this guy, he might be a nice person and I say, "Boy, I hope he's not a Harvard-style affirmative-action student that … landed half of his flight-simulator trials ." 3. Taylor Swift should reject feminism and submit to her husband True . In a video on his own platform, Kirk took the time to congratulate Taylor Swift’s engagement and said that he wished for her that this step would make her more conservative. Kirk said he wanted them to have many children. Then he went on to say she should leave feminism and submit to her husband. Kirk said that he was saying all of these things without any sarcasm. It can be assumed that Kirk believes in the, according to many, Biblical principle that women should submit to their husband. However, in general Christians do not believe this to mean that a woman is worth less than a man, but rather that there are God-ordained roles for men and women. 4. No one should be allowed to retire False . What Charlie Kirk really said was that he didn’t think people should retire, saying it’s not Biblical. This is more an advice than something he would like to see enforced by law. When it comes to the law, he did advocate for raising the age of retirement. Here’s the full context: “ Now, I will say that for future retirees, people under the age of 45, we should absolutely raise the retirement age. I’m going to say something very provocative. I’m not a fan of retirement. I don’t think retirement is biblical,” he said . “You say, ‘Charlie, I’m just gonna retire and I’m just gonna go golf.’ I think, what a waste of the gifts that God has given you .” 5. British Colonialism was what “made the world decent” True . Charlie Kirk said this at the beginning of his show on September 22, 2022. The context is that he was about to speak to professor Bruce Gilley, a political scientist who has written a book called The Case for Colonialism and is of the opinion that British Colonialism was mostly helpful to the lands they settled it, because it uplifted its people to a more modern, more fair and more liberal standard of living and ruling. It seems obvious that Kirk agreed with a lot of what professor Gilley was coming to convey. Needless to say, this is a controversial opinion. One could ask ‘What about slavery?’ Gilley spoke about this, saying that Spanish and Portuguese enslavers felt they were rescuing African slaves from the hardships of Africa, where slavery was rampant and much more harsh. Gilley also said that “ None of this made their enslavement right. But then little of what happened to the wretched of the earth in that era was right by contemporary standards. There is a historical bait and switch when contemporary critics charge European colonialists with all sorts of modern crimes: stealing land, owning slaves, shooting lions. These charges appeal to norms and expectations that emerged later from Western civilization itself, and only from Western civilization. Stealing land, owning slaves, and slaying wildlife were, after all, the national sports of pre-European contact African, Arab, and native American cultures .” 6. The guy who assaulted the Pelosi’s should be bailed out False . The full clip in which this statement is found, to me, clearly shows that he spoke those words sarcastically. The full statement shows that Kirk had doubts about the Democrat narrative, which said that there might be a link between the attack and Republican rhetoric. For instance, Kirk said “Why is the conservative movement to blame for gay schizophrenic nudists that are hemp jewelry makers breaking into somebody's home, or maybe not breaking into somebody’s home. Why are we to blame for that?” Immediately after saying this, Kirk asked, sarcastically: “And why is this guy still in jail? Why hasn’t he been bailed out?” as if to say that some Republican would have bailed him out by now, if he was such a hero to them. Kirk then continued, again sarcastically, saying that “If some amazing patriot out there … wants to really be a mid-term hero, someone should go and bail him out … and go ask him some questions.” Kirk then called into question why this attacker was possibly being charged with attempted murder and a political assassination attempt, saying that even those kinds of attackers are let out on bail the next day in many situations, implying that “if you go after the Pelosi’s” those rights to not apply. So no, Charlie Kirk did not literally want someone to bail out an attacker who did something Kirk called “awful” and “not right” in the same breath. Only sarcasm makes sense for some of these statements and I think the video shows this. 7. Gun deaths are acceptable in order to have a 2nd amendment Partly True . Kirk did not say the exact words in this rumored quote. What he actually said at a Turning Point event in Salt Lake City was: “ It’s worth it to have a cost of, unfortunately, some gun deaths every single year so that we can have the Second Amendment .” Also, Kirk emphasized that he was being rational and pragmatic about this trade-off, arguing that the right to bear arms is too important to let gun deaths (those caused by legal gun-owners one must assume) get in the way of that. This says nothing about the way he felt about gun violence. He was obviously against gun violence and thought they should be prevented. He just didn’t believe that a ban on legal firearms should be the sacrifice to achieve that goal. One may compare it to liberals accepting a number maternal deaths every year, due to legal abortion. One could argue that deaths from pregnancy are still more frequent. Similarly, one could argue that the amount of deaths without the Second Amendment could increase if the government decided to turn on its own people, as has happened many times throughout history.
Lubach pleit voor verdoofde dierenslacht, maar hoe zit het met onverdoofde abortus?
door Chris Develing 25 juni 2025
Ongeboren kinderen worden onverdoofd geaborteerd. Toch pleit niemand voor verdoving zoals dat bij slachtdieren gebeurt. We analyseren een uitzending van Lubach om onder meer te zien of dierenactivisten verder mogen gaan met het tonen van expliciete beelden.
door Chris Develing 18 juni 2025
Het Britse Lagerhuis besloot dat vrouwen niet meer strafrechtelijk vervolgbaar zijn als zij een abortus ondergaan buiten de wettelijke termijn. Namens NPV - Zorg voor het Leven mocht ik aanschuiven in het Family7 programma Uitgelicht om over dit nieuws mee te praten. Bekijk het gesprek hieronder:
door Chris Develing 8 juni 2025
Wie bekend is met de Socratische Methode kent wellicht ook haar sub-discipline: de Socratische Ondervraging. Door het stellen van vragen kan men een gesprekspartner laten beseffen wat de logische consequentie is van zijn stelling. Jezus gebruikte een soortgelijke methode die de Bijbel al voor Socrates liet zien en onderdeel is van de Rabbijnse methodiek. Dat zien we bijvoorbeeld aan Zijn gesprek met de rijke jongeling, dat we aantreffen in Markus 10 en Lukas 18. Deze passage wordt, vanwege de onbegrepen betekenis achter de vraag van Jezus, nog weleens door critici aangehaald om te bewijzen dat Jezus daar zelf toegeeft God niet te zijn. Maar dat is een onterechte conclusie op basis van een oppervlakkige lezing: “Goede Meester, wat moet ik doen om het eeuwige leven te beërven? En Jezus zeide tot hem: Waarom noemt gij Mij goed? Niemand is goed dan God alleen.” Lukas 18:19, Markus 10:18 Bij deze passage moet worden opgemerkt dat Jezus niet zegt: “Ik ben God niet”. Hij stelt namelijk een vraag en neemt nog geen standpunt in. In plaats van de jongeling te corrigeren, komt Hij met een waarom-vraag waarmee de ander wordt uitgedaagd om na te denken over de woorden die hij uitspreekt. Dit zegt dus nog niets over het waarheidsgehalte van die woorden. Het doel van Jezus’ vraag was in feite om te toetsen of de rijke jongeling wist wie hij voor zich had. Je kunt het zien als een test waarmee Jezus de jongeling de volle betekenis laat zien van het woord goed, waarna Hij hem uitdaagt om, met die nieuwe definitie in de hand, nog eens na te denken over de waarde die hij Jezus toedicht. Daarnaast lijkt het plausibel dat Jezus de man ook wat bescheidenheid bijbracht. De kans is namelijk groot dat de man zichzelf ook als goed beschouwde, aangezien hij vond dat hij alle geboden wel zo’n beetje had gehouden. Jezus laat de man zien wat echte goedheid is, namelijk die van God. Daarmee toont Hij aan dat je zonder God te volgen zoveel geboden kunt houden als je wilt, maar dat het je dan niet zal baten. De mens is namelijk, genomen naar de standaard van God, niet goed en heeft het nodig om God te volgen. Vandaar dat Jezus de rijke jongeling opdraagt om Hem te volgen. De goede herder Behalve dit zijn er nog meer redenen waardoor we weten dat Jezus hier niet ontkende goed te zijn. In Johannes hoofdstuk 10 vers 11 en 14 noemt Hij zichzelf bijvoorbeeld “de goede herder”. Wanneer we Jezus’ uitspraken naast elkaar zetten, ligt de conclusie voor de hand: Jezus zegt in Markus en Lukas dat alleen God goed genoemd mag worden en Hij noemt zichzelf vervolgens de goede herder in Johannes. Is Jezus dan wel of niet God, volgens zijn eigen definitie van God en van Zichzelf? Dat Jezus goed is en derhalve God, valt dus niet te ontkennen. Maar hoe zit het met de titel herder? Ook die kwalificatie heeft betrekking op God. Want het Oude Testament identificeert zowel God als de Messias herhaaldelijk als herder. Dat zien we bijvoorbeeld in Psalm 23:1-2, 77:20, 78:52, 80:1, Jesaja 40:11, 49:9-10 en Ezechiël 37:24. [1] Er kan dus een sterke zaak worden gemaakt voor het idee dat Jezus zich God noemt wanneer hij aan zichzelf refereert als de goede herder. Wie moeten we volgen? Natuurlijk weten we dat de rijke jongeling Jezus op dat moment niet helemaal begreep, aangezien hij droevig vertrekt, maar dat betekent niet dat onze lezing verworpen moet worden. Het gaat erom wat Jezus iemand leert, niet wat zij daarvan begrepen hebben of opvolgen. Dit geldt met name voor gesprekken met andere mensen dan Zijn eigen discipelen, die Hij dikwijls van een toelichting voorzag wanneer zij daar om vroegen. Aan het einde van het gesprek met de rijke jongeling lijkt Jezus alsnog een direct antwoord te geven op de vraag. De jongeling vroeg Jezus wat hij moet doen om het eeuwige leven te krijgen. Na een prikkelende wedervraag en een aantal instructies, zegt Jezus: “…kom daarna hier en volg Mij. Dan zult u rijk zijn in de hemel.” (Markus 10:21) Voordat hij te horen kreeg dat hij Jezus dient te volgen, moest de rijke jongeling kennelijk eerst de kans krijgen om te beseffen Wie het dan is die hij zou volgen. Want ook de opdracht om Jezus te volgen kan worden vergeleken met de reactie die de mens moet hebben op God. Een reactie die luid resoneert door het Oude Testament: Volg alleen God. Want behalve de stelling dat alleen God goed is, kunnen we even kort zijn over de Bijbelse opdracht om alleen God te volgen: “Volg alleen de Here, uw God, en heb ontzag voor Hem, gehoorzaam alleen zijn geboden. Dien alleen Hem en houdt u aan Hem vast.” (Deuteronomium 13:4) We zien dus dat Jezus in alle gevallen juist bevestigt God te zijn en dit nergens ontkent. Dit in tegenstelling tot hetgeen critici beweren. Jezus wilde zijn gesprekspartner drie dingen laten beseffen: Dat Hij inderdaad goed is; dat Hij daarom God is en; dat de jongeling Hem moet volgen, precies zoals in het Oude Testament wordt gezegd over de Enige ware God. Soortgelijke ondervragingen Er zijn nog genoeg andere “Socratische ondervragingen” in Jezus’ bediening te vinden. We hoeven dan ook niet ver te zoeken om een soortgelijke dialoog aan te treffen. Vrijwel direct na het gesprek met de rijke jongeling stuit Jezus op een verzoek van twee discipelen: “Jakobus en Johannes, de twee zonen van Zebedeus, kwamen naar Jezus en zeiden: ‘Meester, we willen iets van U vragen.’ Hij zei: ‘Wat willen jullie dat Ik voor jullie doe?’ Ze zeiden tegen Hem: ‘Mogen wij alstublieft links en rechts naast U zitten wanneer U Koning geworden bent?’ Maar Jezus zei tegen hen: ‘ Jullie weten niet wat jullie vragen . Kunnen jullie doen wat Ik moet doen? Kunnen jullie doormaken wat Ik moet doormaken?’ Ze zeiden tegen Hem: ‘Dat kunnen wij.’ Jezus zei tegen hen: ‘Jullie zullen hetzelfde doormaken als Ik en doen wat Ik moet doen . Maar Ik kan jullie niet beloven dat jullie naast Mij zullen zitten. Die plaatsen zijn voor de mensen voor wie die plaatsen bestemd zijn.'” (Markus 10:35-40) [2] Wederom beantwoordt Jezus een vraag met een wedervraag en wederom lijkt het (na een oppervlakkige lezing) alsof Hij hiermee wil ontkennen wat er wordt beweerd. Maar wat doet Jezus? Hij geeft ze gelijk. Alleen, legt hij daar wel bij uit dat Hij, beter dan de discipelen zelf, begrijpt welke betekenis schuilgaat achter hun bewering. Het feit dat Jezus dit keer meer toelichting geeft bij zijn instructies, is omdat dit zijn gewoonte was wanneer hij sprak tot Zijn discipelen. De reden dat Jezus in meer cryptische taal sprak tot andere mensen, is omdat het oordeel anders nog groter is wanneer zij alles begrijpen terwijl ze niet accepteren wat er wordt gezegd door Jezus (zie Mattheus 13). Hoe dan ook, we lezen hoe Jezus de discipelen wilde laten beseffen dat ze niet volledig weten wat ze zeggen en Hij doet dat middels het stellen van een niet-ontkennende wedervraag. Davids zoon en Heer Een ander relevant voorbeeld is het gesprek dat Jezus met de Farizeeën had over de Messias. Jezus vraagt hen: “Wiens zoon is de Messias?”, waarop zij antwoorden: “Davids zoon”. Met deze vraag onthult Jezus dat de Farizeeën niet goed begrepen wat de aard is van de Messias. Jezus vervolgt namelijk door te zeggen: “Hoe kan David Hem dan door de Geest zijn Here noemen, als hij zegt: ‘ De Here heeft gezegd tot mijn Here : Zet U aan mijn rechterhand, totdat Ik uw vijanden onder uw voeten gelegd heb.’ Indien David Hem dus Here noemt, hoe kan Hij dan zijn zoon zijn? En niemand kon Hem daarop iets antwoorden en evenmin durfde iemand van die dag af Hem meer iets vragen.” (Mattheus 22:41-46) Naast het feit dat Psalm 110, waar Jezus met dit citaat naar verwijst, aantoont dat de Messias niet slechts een mens is (vers 1) en al voor David bestond, wordt het ook duidelijk dat Jezus hier leert over de Heilige Geest die David aanstuurde om dit op te schrijven. Hiermee kon Jezus de Farizeeën wijzen op hun eigen misvatting omtrent de Messias die veel meer blijkt te zijn dan slechts een mens. Resumerend De bewijzen laten zien dat Jezus nergens zegt dat Hij God niet is. Dat terwijl critici dikwijls eisen dat christenen laten zien waar Jezus letterlijk zegt “Ik ben God, aanbid mij“. Kennelijk verlangen ze dit niet voor hun eigen claims. We hebben gezien dat Jezus een scherpe wedervraag stelt die de rijke jongeling, samen met alle lezers van de Bijbel, uitlokt tot het nadenken over zijn woorden: “Is daadwerkelijk alleen God goed? Zo ja, noemde ik dan zojuist een man God?” Deze manier van denken opent namelijk vele deuren naar de andere feiten waarmee Jezus laat zien dat Hij God moet zijn en niet slechts een profeet: Zijn vergeving van zonden, Zijn oordeel over de wereld, Zijn zondeloosheid, de aanbidding die Hij accepteerde, Zijn eenheid met de Vader. We hebben gezien dat Jezus zichzelf goed noemt als Hij zegt dat hij “de goede herder” is. Dus waarom zou hij moeite hebben met de titel “goede meester”? We hebben gezien dat God en de Messias beide herhaaldelijk als herder worden aangemerkt in het Oude Testament. We hebben gezien dat Jezus ook in andere gesprekken een wedervraag stelt waarmee hij de suggestie lijkt te wekken dat de ander op een verkeerd spoor zit. Maar dan blijkt dat Jezus niet ontkent wat er gezegd wordt, Hij geeft er slechts de volle betekenis aan, om zo inzichten te verschaffen. We hebben gezien dat Jezus met een scherpe vraag aan de Farizeeën laat zien dat Hij de Messias is die ouder is dan David en tevens zijn Heer is, ondanks dat hij ook uit zijn nageslacht komt vanuit zijn menselijkheid. Hij weerlegt de Farizeeën dus in hun gedachte dat de Messias slechts een mens zal zijn en niets meer dan dat. Voetnoten [1] Voor mensen die onervaren zijn met de Bijbel en deze passage hebben opgezocht, kan dit vers enige verwarring opleveren aangezien er staat dat God David zal aanstellen als herder. Echter, David leefde allang niet meer toen deze profetie werd gegeven. De enige juiste interpretatie is hier dat dit verwijst naar de Messias, die vaak als het David-type werd aangeduid. Tevens is er in de Joodse traditie dikwijls geen onderscheid tussen een historische persoon en iemand die in zijn geest en macht verschijnt (zie: Cambridge Bible for Schools and Colleges). [2] Jezus zegt hier niet dat Hij er niet over gaat. In de volgende verzen legt hij namelijk uit dat de gelovigen uiteindelijk zelf bepalen welke plek zij in de Hemel zullen bemachtigen. En dat doen ze door de mate van dienstbaarheid die zij hebben gegeven aan hun medemens. In Markus 10:35-40 lezen we: “Jezus riep hen bij Zich en zei: ‘Jullie weten dat de machthebbers in de wereld de bevolking onderdrukken. Zij maken misbruik van hun macht. Maar onder jullie moet het anders gaan. Wie groot wil zijn, moet jullie dienaar worden. En wie de voornaamste wil zijn, moet ieders slaaf worden. Want zelfs Ik, de Mensenzoon, ben niet gekomen om Mij te laten dienen. Nee, ik ben gekomen om te dienen en mijn leven te geven als losgeld voor velen.'”
MEER ARTIKELEN